Terugkeer naar het paradijs – Lichaam

Terugkeer naar het paradijs – Lichaam

Deel 1 van de Jimboomba Trilogie

Gouden zonnestralen van de vroege ochtend sijpelden door de bladeren van de coolibah bomen en vonden hun weg naar de tak van een casuarina boom waar Luurnpa zat. Het jonge roodrugijsvogel mannetje overzag stilletjes de kreek beneden hem op zoek naar iets te eten. Het duurde maar even voor hij zich richtte op een kleine inham in de kreekoever niet meer dan tien meter van hem vandaan. In een flits dook hij omlaag het water in en kwam enkele seconden later weer naar de oppervlak met een grote, dikke yabby in zijn snavel en keerde zo snel terug naar de tak als hij deze had verlaten. Daar slikte hij zijn ontbijt in één keer naar binnen terwijl zijn ogen glinsterden van tevredenheid. Toen, terwijl de kookaburra familie iets verder op een nieuwe dag inluidde met hun luidruchtige gelach, keek hij terug op zijn gesprek de dag daarvoor met een man.

Red Backed Kingfisher by PenAsh

Welcome to the Australian Bush; Dawn Birdsong with Kookaburras

De man zat laat in de middag op zijn veranda in de achtertuin en keek naar beneden naar het tafereel van de golven die over het strand rolden van het baaitje. Het leek een plezierige en rustgevende ervaring te zijn.
“Hey kereltje,” zei de man, vriendelijk glimlachend, toen hij Luurnpa opmerkte die enkele meters verderop op de reling van de veranda zat.
“Hallo Cooinda,” groette Luurnpa terug.
“Cooinda?” vroeg de man met een nieuwsgierige blik in zijn ogen.
“Het betekent een vrolijke plek en je ziet eruit als een vrolijke vent.”
“Ah, vind je?” vroeg de man met een brede glimlach op zijn gezicht. “Bedankt voor het compliment.”
“Graag gedaan. Ze noemen me Luurnpa, trouwens.”
Beiden waren ze een poos stil voor de man zei: “Je komt me bekend voor.”
“Ik zou net hetzelfde zeggen over jou,” lachte Luurnpa.
“Denk je dat we familie of vrienden van elkaar zijn geweest in een vorig leven?” vroeg de man.
“Zo voelt het wel. In ieder geval is het geen toeval hoe wij elkaar zo ontmoeten.”
De man knikte instemmend.

“Even uit nieuwsgierigheid, hè, hoe voelt het voor jou als dier wat wij mensen het afgelopen jaar hebben gedaan?”
Bij het horen van deze vraag, stelde Luurnpa zich voor hoe hij over het landschap vloog dat zich geleidelijk aan transformeerde van uitgeputte akkers tot een natuurlijk landschap waar mensen samenwoonden met de dieren, en waar zij plantaardige voedsel en medicijnen produceerden in voedselbossen en op regeneratieve landbouwgrond. Voor Luurnpa leek het dat alles groen aan het worden was. Zelfs de steden werden groener met grote gebieden die gebruikt werden voor de productie van voedsel en voor waterwinning. Niet dat de Natuur het compleet overgenomen had. De mensen hadden de Natuur opnieuw ontdekt en daardoor hun eigen natuur. Individueel en collectief ging de mensheid zich afstemmen op de Natuur en begon zij in harmonie te leven met de Aarde.

“Het voelt goed,” antwoordde Luurnpa terwijl hij voelde hoe de stroom van energie door zijn lichaam toenam. Dat was toen hij zijn vinger legde op de allergrootste verandering. “Jullie beginnen een andere aanwezigheid aan te nemen. Het is alsof jullie niet langer proberen om het leven te beheersen met jullie hoofd.”
De man luisterde aandachtig naar wat Luurnpa te vertellen had en voelde de wijsheid in zijn woorden.
“In plaats daarvan,” vervolgde Luurnpa, “letten jullie op jullie zintuigen. Jullie zintuigen voeden jullie met informatie die jullie in staat stelt om jullie zelf in jullie fysieke vorm in de materiële wereld te ervaren. Een wereld waar alles en iedereen spiritueel en energetisch met elkaar verbonden is. Dit is heel goed, Cooinda, en mijn hart voelt zich er gelukkig bij.”
De man glimlachte en zijn ogen werden vochtig. Hij was duidelijk ontroerd door Luurnpas antwoord.
“Wat jullie soort begint te ervaren, is dat alles en iedereen tot een grote familie behoort die verzorgd en ondersteund wordt door de Aarde.”

Ondertussen in een andere tijd en plaats, klampte een levendige, felgroene boomkikker zich vast aan een van de massief houten palen die het huis ondersteunden in de buitenwijk van een plattelandsstadje in Queensland. Het keek even om zich heen en observeerde de gecombineerde werk- en recreatieplek onder het huis, zich onbewust dat het ook werd geobserveerd door een paar onderzoekende ogen die behoorden tot een jongetje dat Billy heette.
“Ik zie je wel,” fluisterde Billy.
Billy zat in een lege wasmachinedoos met zijn knieën opgetrokken naar zijn kin toe, zoals hij dat vaak deed op doordeweekse middagen na school. De doos was een plek waar hij alle besef van tijd en ruimte verloor, terwijl hij zich liet meevoeren door zijn verbeelding naar parallelle realiteiten in andere dimensies.

Maar op dit moment richtte Billy zich op de kikker. Terwijl hij het begluurde door een klein scheurtje in het karton, vroeg hij zich af waar het de nacht doorbracht en of het met andere kikkers leefde. Dit herinnerde hem aan zijn eigen familie en vrienden. Hij slaakte een zucht van opluchting bij de gedachte dat hij mensen om zich heen had die van hem hielden en voor hem zorgden. Tegelijkertijd had hij te doen met de mensen die helemaal niemand hadden. Zij die helemaal alleen weren en ook zij die fysiek niet alleen waren maar niet konden vertrouwen op hen die het dichtstbij hen stonden. Hij was erg beschouwend voor een zevenjarige en ook erg mededogend. Hij wist dat er veel slechte mensen in de wereld waren die verschrikkelijke dingen deden met andere mensen en ook met dieren. Toch verscheen er een grote glimlach op zijn onschuldige gezicht toen hij zich realiseerde dat dingen gingen veranderen en dat dit dus ook ging veranderen. Dit was nog maar net in hem opgekomen toen hij een verandering in de lucht voelde. Het rook een beetje muf en voelde vochtig aan. Enkele seconden later zakte de temperatuur behoorlijk en hoorde hij het rommelende geluid van de Wandjina die boven het huis naderden en aankondigden dat ‘The Wet’ op komst was.

Billy begon zachtjes te neuriën. Hij hield ervan om naar het geluid van zijn stem te luisteren en te voelen hoe het in zijn keel trilde. Het stelde hem gerust en vulde hem met een vredig gevoel. Hierdoor ging zijn aandacht aan de wandel van waar hij nu op dit moment was naar herinneringen aan een vakantie met zijn familie in een van de meest noordelijk gelegen plaatsen aan de kust. Op de heenweg waren zij langs een klein stadje gereden waarvan hij dacht dat  het genoemd was naar zijn lerares aan de lagere school. Zijn moeder zei dat het puur toeval was dat zowel het stadje als zijn lerares dezelfde achternaam hadden, maar Billy was daar niet van overtuigd. Hij had zijn eigen ideeën, of zoals zijn moeder het noemde, hij was eigenwijs, en hij zou zijn plan om Mrs Mackay te vertellen dat hij naar haar stadje was geweest niet door zijn moeder laten verstoren. Toch bekroop hem al gauw een gevoel van teleurstelling. Waarom geloofde zij hem niet? Het leek erop dat veel grote mensen niet goed luisterden naar wat hij en andere kinderen van zijn leeftijd te vertellen hadden. Voor hem voelde het alsof de zintuigen van de grote mensen verdoofd waren en dat zij zich onbewust waren van wat werkelijk belangrijk was.

Nu begon Billy harder te neuriën in een poging om zijn onplezierige herinneringen te overstemmen. Dat lukte hem en een paar seconden later herinnerde hij zich de suikerrietvelden die zij gezien hadden op de heenweg. Dit herinnerde hem aan de geplette reuzepadden die vaak over de weg verspreid lagen die aan de zijkant van hun huis liep. Ze waren overreden door auto’s en daar achtergelaten om uit te drogen in de zengende hitte van de zon. Hij grijnsde toen hij terug dacht aan hoe hij en zijn broers ze met stokken porden. Ineens werden zijn herinneringen onderbroken door het geluid van de zware regen die neersloeg op het ijzeren golfplaten dak van het huis en op de weg waar de dode padden lagen. Zijn grijns maakte plaats voor een droevige blik toen hij medelijden kreeg met hen. Het was onterend dat zij omver werden gereden en achtergelaten werden tot zij helemaal opdroogden en weggespoeld werden in de afvoer door zware stortbuien. Heel even dacht hij dat hij kon voelen hoe de regen zijn eigen lichaam wegspoelde alsof hij een van hen was. Hij rilde en troostte zich met de gedachte aan hun zielen die terugkeerden naar het grote geheel. Zijn gedachten werden bevestigd toen hij zich bewust werd van een krachtige en tegelijkertijd zachte stroom van energie van zijn voeten naar zijn kruin.

Terwijl Luurnpa zich zijn woorden aan Cooinda herinnerde over de grote familie, begon zijn hart te gloeien. In plaats van dat hij opsteeg voor zijn ochtendvlucht, wachtte hij een poos om te genieten van de fijne sensatie die zijn hart uitstraalde door heel zijn lichaam. Wat had deze ogenschijnlijk plotselinge verandering in de mensen aangewakkerd, vroeg hij zich af. Toen kwam een licht briesje opzetten en begon het antwoord in zijn oor te fluisteren. Er was iets vreemds gebeurd. Vreemd en wonderbaarlijk tegelijk, en niemand scheen het te hebben verwacht. Nou, bijna niemand. Een klein maar snel groeiend aantal mensen over de hele wereld hadden het aan zien komen en hadden met heel hun hart gewerkt aan de zuivering van zichzelf om angst, drama en eeuwenoude conditioneringen te transformeren tot liefde met haar inherente creatiekracht. 

En omdat alles en iedereen met elkaar verbonden is, bouwde het helende en bekrachtigende effect van deze transformatie op zoals een enorme deining in de oceaan om golven voort te brengen die naar alle hoeken van de wereld stroomden. Vanuit individuele transformatie ontstond collectieve transformatie. Mensen beschouwden zichzelf niet meer als slachtoffers of daders, en hierdoor waren zij niet meer vatbaar voor manipulatie. Zij voelden zich vrij en zelfbekrachtigd. Overal lieten mensen hun maskers vallen en verbonden zich opnieuw met hun essentie en de essentie van het leven. Zij begonnen samen te werken met elkaar en beter voor zichzelf en voor anderen te zorgen. Niet omdat iemand hen dat verteld had of van hen verwachtte, maar omdat zij weer de leiding over hun leven hadden genomen.

Toen Luurnpa zich dit realiseerde, besloot hij op bezoek te gaan bij Cooinda om zijn inzichten met hem te delen. Met een luide ‘kee-ip’ spreidde hij zijn vleugels en steeg vanaf de tak de lucht in. Terwijl hij in de richting vloog van het kleine plaatsje aan de kust waar Cooinda leefde, voelde hij dat door zijn intenties te vormen, hij al aan het communiceren was met Cooinda. Het was toen dat hij zich realiseerde dat zij al lange tijd telepathisch informatie heen en weer aan het zenden waren, zonder dat zij zich hiervan bewust waren. Het deed hem zich afvragen of er andere mensen en wezens waren die op deze manier communiceerden. Zeker, antwoordde hij in zichzelf met een glimlach van dankbaarheid voor deze kleine serendipiteit.

Het was met dezelfde glimlach op zijn snavelbekkie dat hij enkele minuten later aankwam bij het huis van Cooinda. Hij cirkelde een paar keer boven het huis voor hij neerdaalde en landde op de tak van een wattle boom in de achtertuin bij de veranda waar hij en Cooinda de dag daarvoor hadden gekletst.
“Hé Luurnpa! Hoe gaat ie?”
Luurnpa keek naar rechts en zag zijn nieuwe mensenvriend tevoorschijn komen uit de tuin aan de zijkant van het huis. Hij droeg een donkerbruine surfzwembroek en zag er erg nat uit.
“Hoi Cooinda,” antwoordde Luurnpa, met een nieuwsgierige blik in zijn ogen.
“Ik heb net wat mooie golven gepakt,” zei Cooinda terwijl hij zijn felgroene surfplank op een rek plaatste waarop drie andere planken lagen.
“Ahh, dus dat was je aan het doen,” reageerde Luurnpa en herinnerde zich dat hij weleens andere mensen had gezien die op zulke planken over de golven naar het strand toe reden.
“Ja, er is niets fijners dan de dag beginnen met een surfsessie op de vroege ochtend. Het maakt m’n hoofd leeg en helpt me om weer af te stemmen.”

Luurnpa glimlachte. In de tijd die zij samen doorbrachten, raakte hij steeds meer gesteld op Cooinda. Hij voelde dat Cooinda ergens in de vijftig was en dat hij gereisd had over een zeer lange en bochtige weg om te komen tot waar hij zich nu bevond. Een man die het lef had gehad om diep af te dalen in het onbewuste rijk van zijn bestaan, daar waar zijn ziel zich huisde.
“Zijn we elkaars gedachten aan het lezen?” vroeg Cooinda toen hij voelde hoe intense Luurnpa naar hem keek.
“Ik geloof van wel, Cooinda. Daarvoor ben ik hier. Ik ontdekte dat we al een heel lange tijd telepathisch met elkaar aan het communiceren zijn zonder dat we het door hadden.”
Cooinda trok zijn wenkbrauwen op.
“Hmm, nu je erover begint, ben je vanochtend aan het mijmeren geweest over ons gesprek gistermiddag?”
Luurnpa knikte enthousiast. “Jazeker. En iets zegt me dat ik je niet over m’n inzichten hoef te vertellen.”
“Als je de transformatie van de mensheid en wat die veroorzaakt heeft, dan heb je gelijk.”
“Dat is nou precies wat ik bedoel,” zei Luunpa terwijl hij zijn hart voelde gloeien. “En laat me nu eens raden wat je me wil vertellen over je eigen persoonlijke transformatie dit afgelopen jaar.”
“Ik luister, vriend.”

Luurnpa schraapte zijn keel en begon Cooinda te vertellen wat hij tot zover had opgepikt.
“Ondanks het feit dat je ouders van je hielden, jou koesterden en alles deden binnen hun macht om voor je te zorgen en om je van alles te voorzien, voelde je al van jongs af aan dat er iets ontbrak, namelijk een verbinding van hart tot hart. Je zou kunnen zeggen dat je voor het grootste deel van je leven geleden hebt aan affectieve verwaarlozing.”
Een magere glimlach verscheen op Cooindas lippen terwijl hij stilletjes luisterde naar de accurate beschrijving door Luurnpa van dat waarmee hij meer dan vijftig jaar had geworsteld en pas zeer recent had herkend en geheeld.

“Je was een zeer gevoelige en openhartige jongen die onmiddellijk aanvoelde wat er om hem heen gebeurde. Je wist als iets niet in orde was, ook als mensen erop stonden dat het wel in orde was. Dit bracht je in verwarring. Het maakte je terughoudend in het uiten van je gevoelens en het delen van je gedachten. Dus verloor je contact met jezelf en onderdrukte je jouw gevoelens, terwijl je gevoelig en ontvankelijk bleef voor wat erom je heen plaatsvond. Dit is wat er gebeurde tot enkele jaren geleden toen je de moed had om je hart helemaal open te zetten. Het was niet alleen een moedige stap maar ook een kwetsbare, want je accepteerde al je pijnlijke emoties die je door de jaren heen had onderdrukt. Als gevolg hiervan maakte je weer verbinding met je ware zelf. Tegenwoordig blijf je gevoelig naar andere mensen toe zonder dat je emotioneel betrokken raakt. Die is de kracht die voortkomt uit kwetsbaarheid. En dit is zo ongeveer waar je nu in het leven staat.”

“Klopt helemaal, Luurnpa” merkte Cooinda op toen Luurnpa klaar was met vertellen wat hij zag. “Ik moet zeggen dat het niet aan m’n ouders lag. Zoals wij allemaal raakten ze het contact kwijt met zichzelf en vonden ze het daardoor moeilijk om echt hun hart te openen en zich op een dieper niveau te verbinden. Toen ik me dit realiseerde, kon ik mezelf vergeven voor hoe ik in het verleden reageerde en voor al het andere waarvoor ik mezelf en anderen had te vergeven.”
“Precies, Cooinda,” zei Luurnpa aanmoedigend.
“Als soort, zijn we het contact met de Natuur kwijtgeraakt, waardoor we het contact met onszelf, onze medemens en alle andere levende wezens zijn kwijtgeraakt. We hadden geen respect meer voor de Natuur, voor onszelf en voor anderen.”
“Maar daar is nu verandering in gekomen, hè?”
“Zeker weten. Het tij van transformatieve verandering valt niet te keren,” zei Cooinda terwijl hij door tranen van vreugde glimlachte.

Terwijl de regen met bakken uit de lucht bleef vallen, richtte Billy zijn aandacht weer op de kikker. Deze had zich verplaatst van de paal naar het latwerk dat diende als een afscheiding tussen de ruimte onder het huis en de achtertuin. De kikker zat vlakbij een bloem van een hibiscus die zich met het latwerk had verstrengeld. Plotseling werd het gestoord door een vette regendruppel die via de bloem op zijn hoofd stuitte. Hij scheen er geen last van te hebben en slurpte de druppel naar binnen met zijn tong toen het over zijn wang gleed.
“Haha, ik wou dat ik dat kon,” lachte Billy.
Terwijl de meeste mensen die hij kende weinig aandacht schonken aan dieren, en wanneer zij dat wel deden, hen minachtend behandelden, beschouwde Billy dieren als zijn gelijken. Zij fascineerden hem en hij hield ervan om dieren op te zoeken in de encyclopedieën van zijn ouders als zij hem voor het eerst waren opgevallen. Terwijl hij naar de kikker staarde, krabde hij aan de muggenbulten op zijn benen, wetend dat zijn moeder hem voor de zoveelste keer zou zeggen om dat niet te doen. Het maakte hem niet uit, want zijn gedachten begonnen alweer te dwalen en het duurde niet lang voor hij zich aan de rand bevond van wat er uitzag als een regenwoud maar ook iets weg had van de boomkwekerij die aan hun achtertuin grensde en aan het einde van de weg met de geplette reuzepadden lag. Hij besefte niet dat hij nu een glimp aan het opvangen was van de toekomst. Wat hij wel besefte, was dat zijn nieuwsgierigheid geprikkeld werd door een kleine, levendig uitziende vogel die hem observeerde vanaf zijn plek op een tak van een river red eucalyptus boom. 

Billy bleef stilstaan terwijl hij en de vogel oogcontact maakten. Op dat moment voelde hij een tinteling in zijn nek waar zijn ruggengraat zich verbond met de onderkant van zijn hoofd. Dit werd gevolgd door een stroom van warmte door zijn hele lichaam. Hij kon zich niet onttrekken aan het gevoel hier eerder te zijn geweest. Alles kwam hem bekend voor, zelfs de vogel, ook al herkende hij de soort niet. Verrassend genoeg kwam zijn zwemleraar Mr Douglas in hem op en ogenblikkelijk begreep hij waarom. Mr Douglas was de aardigste en meest zachtaardige man die hij ooit ontmoet had. Vanaf het moment dat zij elkaar hadden ontmoet voor zijn eerste zwemles, had hij al indruk op hem gemaakt. Met zijn lange, krachtige postuur, zijn glimlachende gezicht met een veeg zonnecrème over zijn neusbrug en de enorme sombrero op zijn hoofd, was Mr Douglas niet iemand die onopgemerkt bleef. Wat Billy het meest verrast had, was dat, anders dan menig andere man, Mr Douglas niet iemand was die zijn mannelijkheid op een overdreven manier tentoonstelde. Hij was een zeer gevoelig mens die begreep hoe overdonderend de wereld kon zijn in de ogen van een kind. Dit was duidelijk in de manier waarop hij geduldig en met gevoel Billy en de andere kinderen in het groepje begeleidde en daarmee een voorbeeld gaf aan andere volwassenen. Het gevolg was dat het zelfvertrouwen van de kinderen enorm groeide en dat zij allemaal heel snel leerde zwemmen. Niet één keer was Billy bang geweest tijdens zijn zwemlessen. Sterker nog, hij hield van zwemmen en werd er best goed in.

“Hoi Billy. Mijn naam is Luurnpa,” zei de vogel, hem daarmee uit zijn dagdroom schuddend.
Billy antwoordde niet. In plaats daarvan luisterde hij gretig en met een grote nieuwsgierigheid, diep van binnen wetend dat de woorden van de vogel zijn dorst naar wijsheid zouden lessen.
“Ik weet dat je je soms ongelukkig voelt, Billy, maar de wereld waarin jij nu leeft is niet zoals het bedoeld was. Dat weet je wel, hè?”
Billy knikte met zijn hoofd.
“In het begin, was het een paradijs op Aarde. Toch dwaalde de mensheid ergens in de tijd van het paradijs vandaan en raakte de weg naar huis kwijt. Nu volgen de mensen niet langer de weg van de liefde en leven zij een passief leven vol angst. Zij voelen zich ongelukkig, machteloos en bang, en ze zijn niet in staat om zelf na te denken of om vanuit hun eigen vrije wil te handelen. Ze zijn zich niet voldoende bewust van de kracht die zij in zich hebben en geloven dat ze zijn wat de machthebbers hun laten geloven dat ze zijn. Ze zitten gevangen in hun hoofd en zijn zich niet gewaar dat ze krachtige en liefdevolle wezens zijn, die in staat zijn om een beter leven te creëren voor zichzelf en hun medemens. Ze doen onaardig tegen zichzelf en daardoor tegen anderen omdat ze niet weten hoe ze zichzelf lief kunnen hebben en omdat zij hun gevoelens en dat wat zij intuïtief als juist ervaren onderdrukken. Maar, dit zal gauw veranderen door het grote ontwaken dat ertoe zal leiden dat de mensheid terugkeert naar het paradijs.” 

Billy glimlachte van oor tot oor. Zo lang hij zich kon herinneren, had hij dit gevoeld maar was hij niet in staat geweest om dit te visualiseren en daardoor te begrijpen.
“Jij hebt hier ook een rol in, Billy,” vervolgde Luurnpa en toverde daarmee een nieuwsgierige blik op Billys gezicht, “net zoals iedereen dat heeft.”
“Wat moet ik doen?” vroeg Billy, die zich liet afschrikken door het vooruitzicht op de grote verantwoordelijkheid die hij plotseling toebedeeld kreeg.
“Daar kom je op den duur wel achter door te letten op de tekens. Nu hoef je alleen maar te weten dat je geliefd bent.”
Billy zou net vragen wat Luurnpa bedoelde met de tekens, toen deze in het niets verdween en hijzelf terugkeerde in het moment nu in zijn doos onder het huis. 

Lees verder in Deel 2 – Geest

Tony O’Connor – A Place To Hide

Tony O’Connor – Summer Rain

Symboliek en terminologie:

1. Jimboomba: Een Aboriginal woord met de betekenis ‘paradijs op Aarde’. Er is ook een plaats in Queensland, Australië die Jimboomba heet, oorspronkelijk geschreven als ‘Gimboomba’, wat een Gungingin woord is met de betekenis ‘een plaats met luide onweer en weinig regen’. 
2. Luurnpa: Het Walpiri woord voor de roodrugijsvogel die in heel Australië te vinden is.
3. IJsvogel symboliek: Verbinding tussen de spirituele wereld en de materiële wereld; vrede; voorspoed; overvloed; communicatie; expressie; richting; een teken dat je op het juiste pad bent.
4. Yabby: Een kleine Australische zoetwaterkreeft.
5. Laughing Kookaburra: Eén van de vier soorten boomijsvogels die inheems zijn in Australië, en vaak ‘breakfast bird’ genoemd worden door hun gewoonte om ’s ochtends een luid lachgeluid te maken. Kookaburra’s symboliseren geluk, de zonnige kant van het leven, familie, goed ouderschap, trouw, eenheid, humor, genezing, brutaliteit.
6. Cooinda: Een Aboriginal woord met de betekenis ‘een vrolijke plek’.
7. Groene boomkikker symboliek: Een boodschap om met je gevoelens om te gaan, omdat het voelen je in staat stelt om te groeien; ontwaken; transformatie; overvloed; afstemming op onze hoogste roeping; de transitie van de ene dimensie naar de andere.
8. Billy: Billy of Bill (Wim in het Nederlands) is een korte versie van de naam William (Willem in het Nederlands).
9. Wandjina: Regen en wolken geesten.
10. The Wet: Het Australische regenseizoen, dat duurt van November tot April en zich kenmerkt door hoge temperaturen, hoge luchtvochtigheid, zware neerslag en een hoge kans o cyclonen.
11. Dunny: Een Australisch woord voor toilet.
12. Een six slaan: Een cricket term voor het slaan van de bal zodat het de omtrek van het veld bereikt zonder dat deze eerst de grond raakt, en daarmee zes ‘runs’ (punten) oplevert.
13. Ringer: Een ringer of stockman is de Australische versie van de cowboy.
14. White gum, ook bekend als de mountain white gum: Een eucalyptus soort die eucalyptus dairympleana heet.
15. Educatie: Van het Latijnse woord ‘educare’ met de betekenis ‘naar buiten leiden’ oftewel dat wat zich binnenin bevindt naar buiten leiden.
16. Jacaranda Mimosifolia: Een boom, oorspronkelijk uit Zuid-Amerika, die tegenwoordig te vinden is langs de oostkust en zuidwestkust van Australië. Het bloeit uitbundig met lilakleurige bloesems en symboliseert: wijsheid, hergeboorte, rijkdom en visionaire dromen.
17. Banaan symboliek: Gezondheid, rijkdom, vruchtbaarheid.
18. Jungay: Een Aboriginal woord dat ‘westenwind’ betekent.
19. Billabong: Een Australische term voor een geïsoleerde waterpoel dat achterblijft nadat een rivier van koers is veranderd of na zware regenval. Het woord komt van de Wiradjuri term: ‘bilaban;, met de betekenis: ‘een waterloop die alleen stroomt na regen’.
20. Balga: Er zijn 66 soorten balga grasplant, ook bekend als balga of grasboom, die allemaal inheems zijn in Australië. Balga grasplanten bloeien uitbundig na bosbranden en symboliseren daardoor zuivering en regeneratie.
21. Coolibah: Een eucalyptus soort, genaamd eucalyptus coolibah.

Afbeeldingen Deel 1:

‘Red Backed Kingfisher van PenAsh op Pixabay
‘Cocoa’ van Eliasfalla op Pixabay
‘Eastern Sedge Frog’ van Sandid op Pixabay
‘Rain’ van Sandid op Pixabay
‘Holding Hands’ van Laura Glover op Freeimages
‘Natural Background’ van Chesna op Pixabay
‘Surfer’ van Pexels op Pixabay
‘Guy’ van StockSnap op Pixabay
‘Rainforest’ van Sandid op Pixabay
‘Swim’ van Nevit Dilmen op Freeimages

Subscribe

Would you like regular updates? Subscribe to my blog.

 

0 reacties

Een reactie versturen

Your email address will not be published. Required fields are marked *