De rust van de vroege ochtend in de Australische ‘bush’ barstte uiteen door de luidruchtige lachbuien van een familie van kookaburras. De levendige kleine vogels begroetten de zon die langzaam maar zeker opkwam uit zijn rustplaats, op dezelfde manier als hun voorouders dat hadden gedaan elke dag sinds de tijd begon. Onder hen, op de grote, laaghangende tak van de ‘river gum’ eucalyptus boven de rivier, bevond zich een jong mannetjes kookaburra die Cooinda heette.
Het leven was Cooinda goedgezind. Iedereen in zijn hele familie lette op en zorgde voor elkaar. Niemand kwam ooit tekort en iedereen leverde zijn bijdrage door eten met elkaar te delen, slangen te weren en voor de jonge diertjes te zorgen. Dat is waarom hij met recht zich iedere ochtend gelukkig voelde als wakker werd en de zon toejuichte, terwijl het in de hemel opsteeg om zijn warme, koesterende licht te schijnen op hem en zijn familie. Voor Cooinda was alles één en het was nooit in hem opgekomen dat er zoiets kon bestaan als verdeling.
Bindi, die van Aboriginal afkomst was, keek niet op. Jammer genoeg was zij gewend geraakt aan dit soort beledigingen. Toch stak de uit angst ontstane agressie haar als een mes in haar hart. Toen klonk er een andere stem die haar wel deed opkijken.
“Toon wat respect, vriend,” zei een zeer oude maar fit uitziende man tegen de jonge man. “Je zou eens van je luie reet af moeten komen en een bijdrage leveren aan de samenleving.”
“Bemoei jij je er niet mee, ouwe lul,” bromde de jonge man.
De oude man bedacht zich niet. Met grote, krachtige schreden ging hij op de jonge man af en sloeg hem met zijn vuist vol in het gezicht, waarna de jonge man met een doffe knal op de houten vloerplanken stortte.
“Ik heb in 1943 in de oorlog gevochten om de vrijheid van de mensen van dit land te verdedigen, zelfs die van types zoals jij,” sprak hij kalm terwijl hij boven de jonge man uit torende.
De jonge man, die daar beduusd lag, staarde hem simpelweg aan in ongeloof terwijl hij probeerde te bevatten wat er net was gebeurd. Iedereen, ook zijn maten, keken in stille verbazing naar de oude man.
Toen liep de oude man naar Bindi toe en tikte de rand van zijn hoed omhoog.
“Ian Garrett,” stelde hij zich voor.
“Dank u wel,” antwoordde Bindi met de prachtigste lach die Ian ooit had gezien. “Mijn naam is Bindi Griffiths.”
“Het is me een genoegen, Miss Griffiths. Kan ik je nog ergens anders mee helpen?”
“Nee, dank u, Mr Garrett,” antwoordde Bindi verlegen en duidelijk onder de indruk van Ian’s galante gedrag.
“Noem me maar Ian,” antwoordde hij.
“OK, Ian. Mijn vriendje rijdt vanuit Noosa hierheen om me op te pikken en mijn familie voor de eerste keer te ontmoeten.”
“Dat klinkt spannend. Je bent zeker een beetje nerveus, of niet?”
“Haha, giechelde Bindi, “valt het op? Ik weet zeker dat m’n ouders en m’n broer gek op hem zullen zijn, maar ik vraag me af hoe de rest van de familie reageert,” antwoordde zij met een onzekere blik op haar gezicht.
“Nou, als jullie maar van elkaar houden en, nog belangrijker, als jij maar van jezelf houdt,” adviseerde Ian. “Dan valt alles op z’n plek, ongeacht wat andere mensen vinden en doen.”
“Nogmaals bedankt, Ian,” zei Bindi.
“Met alle plezier, vlindertje.”
“Dat is wat mijn naam betekent.”
“Dat weet ik, en jij weet vast wat vlinders symboliseren, of niet?”
“Jazeker, transformatie.”
“Nou, ik weet zeker dat een intelligente en knappe jonge dame zoals jij heel goed in staat is om behoefte te transformeren tot overvloed, en afscheiding tot eenheid,” verklaarde Ian.
“Hmm, ik weet het niet.”
“Tuurlijk weet je dat wel,” benadrukte Ian terwijl hij zachtjes zijn rechter hand op haar linker schouder legde. “Geloof in jezelf en het komt helemaal goed met jou.”
“OK, dat doe ik.”
“Zorg goed voor jezelf en nog veel plezier,” zei Ian met een knipoog. Daarna draaide hij zich om en liep weg.
“Tot ziens Ian,” zei Bindi met een glimlach op haar gezicht en een warm gevoel in haar hart.
There is enough for everyone
Uit ‘Warakurna’ van Midnight Oil
Er waren harde woorden gesproken die hun stempel drukten op Bindi. Met betraande ogen had zij Arvid’s hand beetgepakt en haar ouders achtergelaten om met Shane te ruziën over zijn kille, hatelijke reactie. Zij gingen naar een rivier net buiten het plaatsje, waar Bindi vroeger vaak kwam als klein meisje. Het was een rustige plek waar zij zich weer gelukkig kon voelen als zij zich verdrietig voelde of als er iets vervelends was gebeurd. Nu hoopte zij er hetzelfde gelukkige gevoel te ervaren en om opnieuw rust te ervaren.
“Weet ik, maar hij is mijn broer,” antwoordde Bindi. Vroeger waren we zo hecht en ik snap niet wat er met hem aan de hand is. Zijn gedrag past niet bij hoe papa en mama ons op hebben gevoed.”
“Misschien is hij jaloers op wat wij hebben en ziet hij mij daarom als een bedreiging voor jullie relatie,” opperde Arvid.
“Hmm, dat weet ik zo niet. Het voelt meer alsof hij met de verkeerde mensen omgaat en naar hatelijke praat luistert.”
Toen vertelde Bindi Arvid over het voorval met de jonge man die bij de pub stond eerder die middag.
“De wereld stort in elkaar,” was Arvid’s conclusie.
“Je hoeft niet zo verdrietig te zijn,” sprak een opgewekte stem.
Bindi en Arvid keken rechts omhoog van hen. Tot hun grote verbazing zagen zij een jonge kookaburra die naar hen keek vanaf een grote tak van een river gum. Zij keken elkaar met grote ogen aan en hadden moeite om te geloven dat het deze vrolijk ogende vogel was die hen net had aangesproken.
“Dat klopt, ik kan spreken,” vervolgde de kookaburra toen hij hun gedachten las.
Toen wachtte hij even om bij te komen van wat een verwarrende ervaring bleek te zijn.
“Mijn naam is Cooinda,” zei hij met een vrolijke toon.
“Ik ben Bindi en dit is Arvid,” Bindi terwijl zij langzaam bijkwam.
“Hi Cooinda,” zei Arvid.
“Hallo Arvid,” antwoordde Cooinda. “Waarom ben je zo verdrietig, Bindi?”
Bindi vertelde hem wat er was gebeurd bij haar ouders thuis en buiten de pub eerder op de middag. Cooinda had moeite dit te geloven. Er was nooit wrijving in zijn familie. Dit was volkomen nieuw voor hem en hij nam de tijd om erover na te denken. Toen herinnerde hij wat zijn opa hem lang geleden had verteld toen hij nog heel jong was.
Wat bedoel je?” vroeg Arvid met een nieuwsgierige blik in zijn ogen.
“Heb je weleens van die dagen waarop je je wat onzeker voelt?”
“Jazeker,” antwoordde Arvid.
“Ik ook,” stemde Bindi in.
“Nou, iedere keer als ik me onzeker voel, vlieg ik erop uit in m’n eentje en kijk gewoon om me heen naar de andere dieren en de planten en de bomen. Dat helpt me om de wonderlijke wereld waarin ik leef te waarderen, en al heel snel begin ik me weer blij te voelen.”
“Dus, wat je vertelt, is dat je je verdriet en onzekerheid niet afreageert op anderen, maar er zelf mee om leert gaan,” suggereerde Bindi.
“Ja, zo zou je het ook kunnen zeggen,” antwoordde Cooinda. “Door op mezelf te zijn, voel ik me één met mezelf. Alleen dan kan ik één zijn met de wereld.”
“Wauw,” zei Arvid. “Jij bent echt een heel wijs ventje, weet je dat?”
“Ja, inderdaad, Cooinda,” zei Bindi die het met Arvid eens was.
Cooinda zei niets. In plaats daarvan begon hij te koeren, wat de aanloop was naar lachen, en hij liet zich helemaal gaan:
“Rrrrrroekakakakakakaka…!!!” “Rrrrrroekakakakakakaka…!!!”
Zijn gelach werkte aanstekelijk en binnen enkele seconden deden zijn nieuwe menselijke vrienden met hem mee. Toen zij op waren gehouden met lachen liep Bindi naar de tak waarop Cooinda zat en stak haar hand uit. Cooinda begreep waar zij op doelde en hupte zo op haar hand met een brede grijns van oor tot oor. Toen maakte zij een diepe buiging naar hem en kuste hem teder op zijn schattige met veren bedekte koppie.
“Dank je wel, lieve vriend,” fluisterde zij met tranen van liefde in haar ogen.
“Graag gedaan, lieve vlinder,” was Cooinda’s antwoord voor hij omhoog sprong en wegvloog.
Zij stond bij een ‘billabong’, een overstroomd deel van een rivier, op een schitterende, zonnige dag toen diep van binnen een warme vrouwenstem klonk:
“Prachtige vlinder, Ik ben Moeder Aarde en ik ben gekomen om jou dit te vertellen. Herinner je jouw eenheid met jezelf en het Universum en je zal overal om je heen ook eenheid ervaren.”
Bindi deed precies wat er haar gezegd werd. Zij voelde en visualiseerde het. en voelde haar hart gloeien en een warm, krachtig gevoel verspreiden door heel haar lijf.
“Dank je wel, Moeder,” fluisterde zij terwijl tranen van liefde over haar wangen stroomden naar haar mondhoeken die in een schitterende lach omhoog gingen.
“Jij bent heel, jij bent één,” sprak Moeder Aarde voor zij vervaagde.
“Goeiemorgen, lief vlindertje,” fluisterde Arvid met een liefdevolle glimlach op zijn gezicht.
Bindi keek naar hem en glimlachte lieflijk terug.
“Jij voelt het ook, hè?” vroeg zij.
“Ja, het is magisch. Het voelt alsof ik in een nieuwe wereld ben ontwaakt met een nieuw leven,” antwoordde Arvid.
“Ik weet wat je bedoelt, schatje. Ik heb het gevoel dat de wereld eindelijk verandert in een vreugdevolle plek met genoeg voor iedereen. Toen ving zij iets op met haar oren. “Luister,” zei zij terwijl zij in de verte staarde zoals mensen doen als zij zich iets voorstellen.
Iets verderop, stroomopwaarts, klonk het herkenbare gelach van kookaburras. Het was Cooinda met zijn familie die hun dagelijkse ritueel uitvoerde om de zon te begroeten:
“Rrrrrroekakakakakakaka…!!!” “Rrrrrroekakakakakakaka…!!!”
Terwijl Cooinda met heel zijn hart lachte, maakte hij contact met Bindi en Arvid en sprak hij tot hen zonder woorden:
Alles en iedereen is verbonden. Elke gedachte, elk gevoel en elke daad, hoe klein dan ook, beïnvloedt alles en iedereen. Hoe jij denkt en voelt over jezelf, en hoe jij met jezelf omgaat, wordt aan jou gepresenteerd in de buitenwereld. Laat daarom jouw intentie altijd liefdevol zijn. Wij zijn heel, wij zijn één.
Vanaf die dag maakte Bindi er een gewoonte van om elke ochtend vroeg op te staan en mee te doen met de kookaburras om de wereld te doen ontwaken en het gevoel van eenheid te verspreiden. En Cooinda? Nou, Cooinda komt nog steeds naar de plek bij de rivier waar hij voor het eerst zijn menselijke vrienden ontmoette. Menselijk? Hmm, weet je, er gebeurde iets vreemds die dag na Bindi’s droom. Samen werden zij en Arvid zich bewust van het vermogen om voorbij de grenzen van tijd en ruimte te leven. En het schijnt dat als je vroeg op de ochtend hun plek bij de rivier bezoekt, je een jong kookaburra stel zal aantreffen dat samen zit te lachen. Wanneer dit gebeurt, herinner je dat het aan ons allemaal is om eenheid te creëren. Weet dat wanneer de kookaburra lacht, hij dat doet om ons eraan te herinneren dat alleen door eenheid de wereld een gelukkigere plek zal worden.
Wij zijn heel, wij zijn één
Kookaburra: geluk, een positieve kijk op het leven, familie, goed ouderschap, trouw, eenheid, humor, genezing, brutaal zijn
Bindi: Aboriginal meisjesnaam dat ‘vlinder’ betekent in de Nyungar taal van Western Australia
Arvid: Zweedse jongensnaam dat ‘van de mensen’ betekent
Cooinda: Aboriginal woord dat ‘een vregudevolle plek’ betekent
Waratah bloem: Onsterflijke liefde
Afbeeldingen:
‘Kookaburra’ van Skeeze op Pixabay
‘Reflection’ van Kalexander73 op Pixabay
‘Detail Of Grillwork’ van Peggyapl op Pixabay
‘Ulladulla Australia’ van ElisabettaDaniele op Pixabay
‘Waratah Flower’ van PropertySold op Pixabay
‘Laughing Kookaburra Dacelo’ van Missterryw op Freeimages.com
0 Comments